Enkele weken geleden belde onze voorzitter Jan mij met de mededeling dat we benaderd waren door een Werkgroep die onze hulp zocht bij het “regelen” van de benodigde vergunning voor het rijden met tanks tijdens een groots opgezette lokale herdenking van de bevrijding.

 Men had een aanvraag ingediend maar die was afgewezen omdat het verzoek niet door een erkende vereniging werd ingediend. Nu zijn wij beiden hobbymatig bekend met de wetgeving rond wapens en munitie, de AVC is één van de door het Ministerie van Justitie erkende verenigingen die dergelijke “herdenkingstochten en tentoonstellingen” mag organiseren en kennen de weg een beetje. En zoals het een goede voorzitter betaamt, werd het gedelegeerd aan de secretaris. Eigenlijk was het al veel te laat voor een nieuwe aanvraag, maar omdat er al iets lag durfden we het wel te proberen.

 

Het doel: de bevrijding van de kernen Putten, Ermelo en Harderwijk door de gepantserde elementen van de Lord Strathcona’s Horse (Royal Canadians), 80 jaar na dato herdenken met een grootse Bevrijdingscolonne van historische voertuigen waaronder nadrukkelijk gepantserde voertuigen zoals tanks.

Tevens waren overlevende Veteranen van deze Canadese eenheid, met familieleden en nabestaanden, op reis om de oude slagvelden, begraafplaatsen en monumenten te bezoeken waar velen herinneringen en kameraden hebben liggen. Zij zouden die dag met een touringcar voorop gaan om bij elke tussenstop een VIP programma te volgen en goed in het zonnetje gezet te worden. Daarbij werden zij volop ondersteund door nog actieve en recent gepensioneerde militairen van de eenheid.

Ik kwam in contact met een Werkgroep waar de spanningen en frustraties hieromtrent inmiddels aardig waren opgelopen. Nadat een initiële poging bij het 75jarige jubileum van de Bevrijding van de steden Putten, Ermelo en Harderwijk strandde in een lockdownperiode, werd nu de boel gefrustreerd door een afdeling Korpscheftaken die erg rigide in de materie bleek te staan. Ik heb contact gehad met allen en toen bleek dat hun intenties dezelfde waren maar de denkrichtingen en aanpakstijlen verschillend, konden we evengoed constructief aan de slag met elkaar. Nadat wij de nodige documenten en mails heen en weer gestuurd hadden, kregen we een beperkte vergunning. 2 belangrijke en indrukwekkende voertuigen werden afgewezen omdat “de papieren niet juist waren”.

Strikt genomen was dat correct omdat de Justitiële ontheffing wel, en het verlof via de Politie niet expliciet het rijden vermelden; echter deze voertuigen hadden al een enorm druk programma waarbij elders de vergunningen wel werden afgegeven. Iets met “letter en geest van de wet”. De gemoederen bij deze afdeling Korpscheftaken liepen door de constante argumentatie inmiddels vrij hoog op dat er een kink in de kabel dreigde te komen. Gelukkig kwam er via een omweg nog wel een vergunning voor 1 van de voertuigen; de ander had vanwege het gedoe al laten weten niet meer te komen. We hadden de mazzel dat er al een waardige vervanger was die wel kon en mocht rijden. Maar het blijft enorm jammer.

Voor ons als Vereniging was dit best een bijzondere ervaring; zowel Jan als sportschutter als ik als verlofhouder voor gedeactiveerd historisch wapen bij historisch voertuig, hebben overwegend positieve ervaringen met diverse afdelingen Korpscheftaken waar men de wet hanteert maar doorgaans bereid is om praktisch mee te denken en soms zelfs proactief te werk gaat. Hier liep het toch wat anders.

Daarnaast vergt het wat uitzoekwerk als je als voertuigenliefhebber de voertuigen redelijk goed kent, maar de vergunningen slechts reppen van de gedeactiveerde wapensystemen zonder het voertuig te noemen. Zo wordt een Sexton een 25 pdr artilleriestuk, een Chaffee een 75mm Krupp kanon, maar de 90mm die bij de M36 Jackson hoorde was dan weer niet zo moeilijk. Tevens kregen we het voor elkaar dat een aantal softskins kon en mocht rijden met mitrailleurs Browning M1919 en M2 die volgens de nieuwe EU/Deko regeling onklaar gemaakt zijn en daarmee volgens de EU regelgeving niet, maar volgens de nationale wetgeving soms toch wel onder de Wet Wapens en Munitie vallen. Dat leverde mooie plaatjes op van Jeeps met de kleine Browning en M3 Scout Car en M3 Halftrack met de kenmerkende .50 . Enkele motorordonnansen mochten hun gedeactiveerde Stens die met verlof kwamen, meenemen en tonen tijdens de rit.

Uiteindelijk kregen de organiserende partijen in de Werkgroep Bevrijdingscolonne Noordwest Veluwe 19-4-2025 waar ik namens de AVC in was opgenomen, bijna 50 voertuigen op de weg inclusief ons lid Adriaan met zijn Dodge,

en waren de grote publiekstrekkers voorop een M5 Stuart Recce die zijn eerste rit maakte na de revisie van de versnellingsbak, de M36 Jackson die behoorlijk zichtbaar en hoorbaar was, een M24 Chaffee die perfect de latere oorlogsperiode verbeeldt en een Sexton SPG zoals gebruikt door de Commonwealth troepen.  Het was verder een enorme stoet prachtig gerestaureerde en uitgedoste voertuigen die vanaf Putten, door Ermelo uiteindelijk Harderwijk binnentrok en de klok even 80 jaar terugzette. Waar er deels officiële verkeersbegeleiders ingezet werden i.v.m. gemeentelijke eisen, waren er ook de “onofficiële” verkeersregelaars voorzien van motorfietsen en jeeps die voor een vlotte verkeersdoorstroming  zouden zorgen.

In Putten werd begonnen met het verzamelen van de voertuigen en een kranslegging bij het monument ter nagedachtenis aan 4 gesneuvelde Canadese militairen.

 Na afloop werden Jan en ik door de Voorzitter van de Werkgroep Lt. Kol b.d. Bas van der Mooren, voorgesteld aan de Canadese Colonel of the regiment, Col.ret’d Jamie Cade en zijn echtgenote, die ons bedankte voor het regelen van de juridische rompslomp en vertelde dat zij eerst van plan waren om hun historisch uitgedoste ere-escorte te voorzien van Lee-Enfield geweren maar daar wegens de benodigde berg papierwerk maar van afgezien hebben.

Na afloop van de plechtigheid stapten de VIPs in de bus, voorzitter Jan strak in het pak in de auto en de deelnemers en opstappers in de militaire voertuigen en werd een korte rit gereden naar het plein bij het stadhuis van Putten.

Daar werden enkele indrukwekkende toespraken gehouden o.a. door Werkgroep lid Erik, waarbij de enorme verliezen van Putten in de oorlog en de opluchting van de bevrijding genoemd werden en de actualiteit niet geschuwd werd,

 

kreeg de Colonel Cade de bevrijdingsvlag van de Gemeente Putten, was er gelegenheid voor het publiek om de voertuigen van dichtbij te bewonderen en werden de VIPs gefêteerd. Zelf raakte ik in gesprek met Patrick, een Canadees in historisch uniform die wat gelamineerde foto’s bij zich droeg van zijn oom die als Troop Sergeant helaas bij Barneveld gesneuveld is in een Sherman Firefly.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zelf had hij ook bij het Regiment gediend en er een boek over geschreven, dat nu uitverkocht was. In de herziene versie komen meer details over de laatste slag van zijn oom, wiens graf hij nu ook bezocht had.

 

Om 11:00 u was het weer tijd om in te stappen, en ik kon de Willy’s jeep verruilen voor een plekje in de M5 Stuart Recce van Steven. We waren al even eerder in gesprek geraakt; hij vertelde over zijn voertuig en ik over een oudoom die in de Politionele acties als KNIL officier gediend had op de “vechtwagens”, veelal Recce Stuarts maar door gebrek aan foto’s was mij nooit duidelijk geworden welke versie ze nou hadden. Patrick klom ook aan boord, net als een Canadees in prachtig zwart pak die overal filmopnamen van maakte. Hij bleek een oud-officier van het Regiment te zijn met een lange familiegeschiedenis daar, zijn vader en nog meer familieleden zaten in de VIP bus “we make up 25% of the group” lachte hij. Ook hij was met zijn vader naar het graf van een oom geweest tijdens hun battlefield tour. Het geeft beeld aan de zware prijs die betaald is voor onze vrijheid.

De rit van Putten naar Ermelo was goed bekeken door veel zwaaiend publiek langs de kant; we hadden even een raar moment toen er een drone laag over kwam en we ons realiseerden dat deze wel veilig was zolang de accu vol genoeg was maar dat op de huidige slagvelden een drone wel eens het laatste kan zijn dat je in het leven ziet, als je hem nog ziet.

 We reden over de route die de Canadese tanks destijds zonder eigen infanterie, maar met beveiliging van het lokale verzet, reden naar Ermelo. Daar was door de KMS een re-enactment van de verovering van Ermelo uitgevoerd, waarna de hele stoet parkeerde op de speciaal daarvoor afgezette hoofdweg.

Er was een enorme toeloop van enthousiast publiek, ik kwam zelf nog wat dierbare vrienden tegen die even gedag zeiden, er waren weer toespraken voor zover de microfoons en geluidsinstallatie dat toelieten, vaandels die overhandigd werden, lokale Veteranen die een ereplekje hadden naast het podium, er werden goede gesprekken gevoerd en erg veel mensen die leuke vragen stelden en hun waardering lieten blijken.

      

 

De Canadees in pak had zijn roeping gevonden en hielp kinderen en jongeren op de Stuart voor foto’s, en tegen de tijd dat we weer moesten vertrekken zei hij gedag en ging met een ander voertuig mee. Motoren werden weer gestart, waarbij de Jackson het hardst bulderde en de Sexton de meeste rooksignalen gaf, en de stoet ging in Defilé langs het podium met hoogwaardigheidsbekleders, richting eindbestemming Harderwijk.

Ook hier weer veel publiek langs de weg, er werd veel gezwaaid voor zover de handen niet nodig waren om onszelf staande te houden in een bokkend rupsvoertuig dat zich over minirotondes wrong,

 

 

pogingen om de hele stoet in beeld te krijgen mislukten telkens jammerlijk maar indrukwekkend was het zeker, we kwamen de ene uitzondering op gezond chauffeursverstand tegen die na enkele seconden ook wel door had dat snel invoegen tussen 2 tanks wellicht niet de slimste beslissing van haar leven bleek en z.s.m. de veilige zijkant opzocht,

en toen reden we Harderwijk binnen.

En die binnenstad is echt wel klein. De bijrijders van de grote voertuigen hadden er behoorlijk wat werk aan om de chauffeurs te helpen om geen stadsmeubilair, verkeersborden, paaltjes, gestalde fietsen, verschoven terrastafeltjes en vooral suïcidale voetgangers al of niet voorzien van camera, te ontwijken. 

Ik weet niet of de benzinedampen voor een tijdelijke terugloop in IQ zorgden of dat het een andere reden had, maar mijn vertrouwen in de mensheid heeft daar wel een deuk opgelopen.

Uiteindelijk bereikten we de Boulevard, waar de rupsvoertuigen een terrasje moesten omsingelen en de wielvoertuigen nog een bocht om reden naar een andere verzamelplaats.

Ook hier veel publiek, hoewel ook veel onwetend publiek dat geen idee had waarom er ineens zoveel groene voertuigen langs de terrassen kwamen. Dit ondanks de mooie grote bevrijdingsfoto’s van 18 april 1945 die de gemeente her en der langs de boulevard heeft neergezet.

De bezemwagen kon onverrichterzake naar huis, wat al een hele prestatie op zich is met zoveel hoogbejaarde voertuigen.

Aangezien Jan en ik de uitgave van de lunchpakketjes in Putten gemist hadden, gingen we op jacht naar een tentje waar we even wat konden eten; het ontbijt was inmiddels slechts een vage herinnering en we waren best druk bezig geweest. Een kibbelingschotel was een prima oplossing en daarna zijn we weer richting huis gegaan, met een hoop foto’s en mooie herinneringen aan een bijzonder evenement dat door de tomeloze langdurige inzet van veel organisaties en vrijwilligers mogelijk is gemaakt.

Wij zijn de Werkgroep Bevrijdingscolonne Noordwest Veluwe 19 april 2025, bestaande uit Voorzitter Lt. Kol b.d. Bas van der Mooren, leden Erik van de Poll, Bas Roelofsen en SgtMaj. Rik van Velzen, dankbaar dat we onze kleine maar wezenlijke bijdrage hebben kunnen leveren aan het slagen van de Bevrijdingscolonne en het levend houden van de herinnering aan het einde van zware tijden 80 jaar geleden en de menselijke prijs die daarvoor betaald is door mensen die ons nauwelijks op een wereldkaart terug konden vinden maar wel kwamen bevrijden.